Oog om oog

Achtergrondinformatie

Op deze foto, gemaakt door nieuwsfotograaf Robin Utrecht, zijn de Nederlandse kickbokskampioen Rico Verhoeven en zijn Braziliaanse tegenstander Guto Inoncente te zien tijdens de staredown van een kickboksevenement in 2018. De twee zwaargewichten staan dichtbij elkaar en kijken elkaar intimiderend in de ogen.

Een belangrijke bokswedstrijd begint eigenlijk op dit moment, nog voordat de boksers een voet in de ring hebben gezet. De staredown is een manier om de tegenstander psychologisch klein te krijgen en de eerste ‘mentale klap’ uit te delen. De eerste bokser die lacht of wegkijkt, is de verliezer.

Dit soort mediagenieke momenten trekken veel aandacht en laten zien dat sport en massamedia sterk met elkaar verbonden zijn. Zo zorgt de enorme aantrekkingskracht van sportwedstrijden op het publiek ervoor dat televisieomroepen jaarlijks miljoenen kunnen verdienen met advertentie-opbrengsten bij belangrijke sportwedstrijden.

De sportwereld heeft van haar kant die belangstelling ook nodig. Televisiegelden zijn immers de grootste bron van inkomsten voor de sportwereld. Daarnaast betalen sponsoren grote bedragen voor shirtreclames, borden langs het veld of een bekende sporter als boegbeeld. Dit was vroeger wel anders.

Toen sport in de tweede helft van de 19e eeuw als vrijetijdsbesteding opkwam, was er veel minder belangstelling voor vanuit de pers. Dagbladen vonden het niet de moeite waard om te schrijven over dit ‘vermaak voor het volk.’ Sport was volgens de kranten geen serieuze zaak om over te schrijven.

Met de jaren werd echter steeds duidelijker dat dagbladen niet meer om de populariteit van sport heen konden. Tegen het eind van de negentiende eeuw kregen de kranten dan ook hun eerste sportrubrieken en verschenen er lange, gedetailleerde wedstrijdverslagen op de pagina’s. Radio en televisie volgden in de 20e eeuw met uitgebreide sportverslaggeving. 

Door al deze mediabelangstelling en populariteit groeiden sporters uit tot landelijke bekendheden met aanzien en dat zijn ze vandaag de dag nog steeds. De traditionele media hebben ze echter steeds minder hard nodig tegenwoordig. Door de komst van internet en social media kunnen de sporthelden zelf foto’s en video's plaatsen op YouTube, Twitter en Instagram.